“Als ik zou willen dat je het begreep, had ik het wel beter uitgelegd.”
Johan Cruijff kwam er mee weg. Sterker nog, die stond bekend om zijn intrigerende uitspraken. Maar dat geldt helaas niet voor iedereen. Sterker nog, het lijkt wel alsof er steeds meer trainers en sprekers komen die hun verhaal zo moeilijk maken dat je minimaal in het onderwerp afgestudeerd moet zijn om er iets van te begrijpen. De koploper is wat dat betreft Thierry Baudet die tijdens zijn eerste speech door de Kamervoorzitter eraan herinnerd moest worden dat er in de Tweede Kamer gewoon Nederlands wordt gesproken, niet Latijn.
Ik kom zelf net uit de zoveelste presentatie over een, in mijn beleving, fascinerend onderwerp: vitaliteit. Noem me een vakidioot, maar de vraag hoe je jezelf vitaal houdt in deze toch wel hectische tijd, helemaal hoe je die vitaliteit ook binnen je team waarborgt, vind ik mateloos interessant. Ik heb de afgelopen jaren dan ook alles verorberd op dit gebied en bezoek net als vandaag menig congres met dit thema.
Mijn grootste (en meteen ook simpelste) inzicht daarbij is dat je juist niet te veel over vitaliteit moet praten. Je moet vitaliteit ervaren. Het heeft maar beperkte zin om precies uit te leggen wat er in onze hersenen gebeurt of waarom we moe worden van multitasking.
In een poging zo volledig mogelijk te zijn en de diepgewortelde kennis te verspreiden, vermoeid menig spreker zijn of haar publiek met zoveel feiten en wetenschappelijke onderbouwing dat de helft van het publiek na 15 minuten volledig de kluts kwijt is. Vaak ondersteund door een powerpointpresentatie met zoveel tekst dat het publiek niet weet of ze moeten lezen of luisteren. Er wordt gestrooid met dure termen en moeilijke grafieken die doen voorkomen dat de spreker erg kundig is. Maar mij ben je kwijt. En een hoop aantal anderen om mij heen ook zo te zien.
Na afloop wil niemand zich laten kennen. Je hoort de gesprekken om je heen: “Wat vond je ervan? Ja, heel interessant wel.” Uit het meteen daarop verstommen van het gesprek blijkt duidelijk dat beide toeschouwers eigenlijk geen idee hebben wat nou precies de boodschap was.
Niet alleen vanaf het podium, ook digitaal word je regelmatig bedolven onder vocabulaire uitdagingen die meer bedoeld zijn om de kennis van de zender te demonstreren dan het ontlokken van een reactie van de ontvanger.
Een eigen ervaring: niet zolang geleden reageerde een lezer via LinkedIn op mijn column over het Tony Robinsson syndroom. Hierin maak ik me hard voor het feit dat je actief gebruik moet maken van het momentum na een training (nieuwe zaken geleerd) of na een vakantie (nieuwe energie). Dat je moet voorkomen dat je niet in de dagelijkse sleur vervalt. Zijn reactie: “Als je authentiek-autonoom bent hoef je alleen voor niets te waken.”
Nou moet ik eerlijk bekennen dat ik de term authentiek-autonoom even moest opzoeken. Ik ben gelukkig niet de enige bleek uit de uitleg van Peter Henk Steenhuis in de Trouw. Het stukje proza klonk misschien interessant, maar het werd mij niet duidelijk hoe die nou precies verband hield met mijn column of welke reactie verwacht werd?
Het is natuurlijk fantastisch als je heel veel kennis hebt van een onderwerp, dat je je jaren hebt verdiept en alle jargon en dure termen eigen hebt gemaakt. Maar als je geen Johan Cruijff heet, zorg dan dat je publiek gewoon begrijpt waar je het over hebt.